In dit hoofdstuk behandelt Lydia van Ginkel de vraag: ‘Als God het kwade niet wil, waarom grijpt Hij dan niet in?’ Ze verwijst naar het moment in de Bijbel waar God ingrijpt: ‘God strafte het kwaad na de vloed. Alles en iedereen buiten de Ark stierf.’ Dit was een radicale actie, maar ‘iedereen die God vertrouwde en met Hem wilde leven, kon gespaard blijven.’

Van Ginkel benadrukt dat na de zondeval de relatie tussen God en mensen gekenmerkt wordt door het verbond: ‘Een verbinding tussen twee partijen waarin toewijding en vertrouwen wordt uitgesproken.’ Dit patroon is terug te vinden in de Bijbel, waar God telkens met mensen een verbond aangaat, maar ‘steeds weer stuit Hij op de ontrouw van de mens.’ Ze legt uit dat hoewel mensen vaak zondigen, God altijd rechtvaardig en genadig blijft. ‘Door middel van verbondssluitingen en zegeningen komt God naar mensen toe.’

Ze verwijst naar Abraham, met wie God belooft: ‘Waar jij ook heen gaat, Ik ben met jou.’ Van Ginkel sluit af met het verhaal van Jozef, die door zijn broers wordt verkocht, en toont aan hoe God zelfs het kwaad gebruikt voor het goede: ‘God regelt de lijnen achter de schermen en doet wat Hij belooft.’

De uitleg van de Bijbel,
speciaal voor kinderen

Ga naar ontdek de bijbel voor kinderen
Ontdek de bijbel voor kinderen

Vragen over de Bijbel? Stel ze gerust!

Het is heel begrijpelijk dat er tijdens je ontdekkingstocht vragen bij je opkomen. We staan graag voor je klaar om je te helpen en samen op zoek te gaan naar antwoorden.

Heb je een reactie, opmerking, of vraag? Laat deze gerust achter via ons contactformulier. We doen ons uiterste best om je zo snel mogelijk te antwoorden en je verder te begeleiden op jouw reis door de Bijbel.

Stel je vraag