Hemelvaart

Vraag aan een willekeurig iemand op straat wat hemelvaart betekent en er zullen weinig mensen zijn die het juiste antwoord geven! Voor veel mensen betekent hemelvaart niet veel meer dan een dagje vrij. Bovendien wordt er op Hemelvaartsdag van alles en nog wat georganiseerd. In mijn geboorteplaats stonden er borden langs de kant van de weg: Hemelvaartsdag – Motorcross. Is hemelvaart niet meer dan dat? Wat betekent hemelvaart voor mij? Is het relevant om te weten dat Jezus in de hemel is en wat Hij daar doet? Wat betekent hemelvaart voor vandaag? Daarover gaat het in deze les. 

Het boek Handelingen

De hemelvaart van de Heere Jezus staat beschreven in het boek Handelingen. Het boek Handelingen is geschreven door Lukas omstreeks 65-70 na Christus. Lukas heeft dit boek geschreven aan een zekere Theo‑ lus (Handelingen 1:1). Lukas beschrijft het werk van de opgestane Jezus, die ook na Zijn hemelvaart doorgaat met het bouwen van Zijn gemeente (Handelingen 1:2). Het goede nieuws van de opstanding is bedoeld voor alle mensen. Daarom gaf God de apostelen de kracht om met het Evangelie de wereld in te gaan. Hij vulde hen met de Heilige Geest. Gods soevereine macht over alles wordt duidelijk zichtbaar in de triomftocht van het Evangelie, ondanks alle tegenstand en verschrikking van vervolging. De overwinning ligt vast in het offer van Jezus Christus op Goede vrijdag en Zijn opstanding op Pasen. Jesaja had al gezegd: ‘Maar het behaagde de HEERE Hem te verbrijzelen, Hij heeft Hem ziek gemaakt. Als Zijn ziel Zich tot een schuldoffer gesteld zal hebben, zal Hij nageslacht zien, Hij zal de dagen verlengen; het welbehagen van de HEERE zal door Zijn hand voorspoedig zijn’ (Jesaja 53:10). Lukas laat in het boek Handelingen zien dat ook deze woorden vervuld zijn. Jezus is gedurende veertig dagen na Zijn opstanding bij Zijn apostelen geweest. Hij liet hen zien dat Hij het echt was en dat Hij leefde. Zo werd het geloof van de apostelen versterkt en zijn zij krachtige getuigen geworden van de levende Jezus Christus. Tijdens één van die ontmoetingen zei de Heere Jezus tegen Zijn discipelen dat ze Jeruzalem niet mochten verlaten, maar eerst op de belofte van de Vader moesten wachten. ‘Johannes doopte wel met water, maar u zult met de Heilige Geest gedoopt worden, niet lang na deze dagen’ (Handelingen 1:5). Jezus belooft de komst van Zijn Geest. Als die komt zullen zij vervuld worden met hemelse kracht om het Evangelie te verkondigen in de wereld. Als ze bij elkaar zijn, vragen de discipelen aan Jezus: ‘Heere, zult U in deze tijd voor Israël het Koninkrijk weer oprichten?’ Nog steeds zijn ze niet helemaal los van een aardse verwachting van Jezus’ Koninkrijk. Hun oude ideaal is nog niet helemaal weg. Maar Jezus antwoordt beslist: ‘Het komt u niet toe de tijden of gelegenheden te weten die de Vader in Zijn eigen macht gesteld heeft, maar u zult de kracht van de Heilige Geest ontvangen, Die over u komen zal; en u zult Mijn getuigen zijn, zowel in Jeruzalem als in heel Judea en Samaria en tot aan het uiterste van de aarde’ (Handelingen 1:8). 

Jezus keert terug naar de hemel

Nadat de Heere Jezus dit tegen Zijn discipelen gezegd heeft is het uur van afscheid gekomen. Ondertussen is Hij met Zijn discipelen bij de Olijfberg in Bethanië aangekomen. (Handelingen 1:12). De discipelen staan daar samen met hun Meester, Die zoveel voor hen is gaan betekenen. Als het uur van afscheid gekomen is heft Jezus Zijn handen op en zegent hen (Lukas 24:51). Al zegenend zien de discipelen Hem vervolgens omhoog gaan in de lucht totdat een wolk Hem onttrekt aan hun blik (Handelingen 1:9). Jezus keert terug naar de plaats waar Hij vandaan kwam. Zijn taak op aarde is volbracht. Hij keert terug naar Zijn Vader. Jezus wordt opgenomen in de hemel, en neemt vanaf dat moment een plaats in aan de rechterhand van God (Marcus 16:19). Terwijl de discipelen omhoog kijken, staan er plotseling twee mannen in witte kleren bij hen. Ze zeggen: ‘Galilese mannen, waarom staat u omhoog te kijken naar de hemel? Deze Jezus, Die van u opgenomen is in de hemel, zal op dezelfde wijze terugkomen als u Hem naar de hemel hebt zien gaan’ (Handelingen 1:11). Het zijn twee engelen. Let er op dat de engelen zeggen dat Jezus  ‘is’ opgenomen in de hemel. Op het moment dat de engelen hun boodschap brengen is Jezus al in de hemel aangekomen. Voor Hem is dit ‘slechts’ een verandering van dimensie. Hij is buiten het gezichtsveld van de discipelen. Nu is het genoeg voor de discipelen. Ze gaan terug naar Jeruzalem. Jezus is in de hemel! Vanaf de Olijfberg gaan ze terug naar Jeruzalem. Dit is ongeveer een kwartier lopen. In de stad gaan ze meteen door naar het huis waar ze de laatste tijd verbleven. De samenstelling van de groep wordt beschreven in Handelingen 1:13: Petrus, Johannes, Jacobus, Andreas, Filippus en Thomas, Bartholomeus, Mattheüs en Jacobus de zoon van Alfeus, Simon de Zeloot en Judas, de Zoon van Jakobus. Samen met de vrouwen, en ook Jezus moeder en Zijn broers. Schitterend! Ze zijn er allemaal bij in die opperzaal. Ze vormen samen het eerste begin van de christengemeente in Jeruzalem. Ze zijn één in het geloof in de opgestane en levende Heere Jezus! Dat geloof delen ze met elkaar, daar praten ze over en ze zingen en bidden samen. Hier ontstaat de eerste christelijke gemeente. Deze mensen zijn bijeen in gebed (Handelingen 1:14) en in lofprijzing. Dat is opmerkelijk. De discipelen zijn dus niet verdrietig naar huis gegaan en bij de pakken neer gaan zitten. Nee, hun geloof is nu sterk genoeg. Ze weten dat Jezus werkelijk is opgestaan en dat Hij nu in de hemel is. In opdracht van hun Meester wachten ze nu de komst van de Heilige Geest af. Ze zijn blij (Lukas 24:52). Lukas schrijft (Lukas 24:53) dat de discipelen dagelijks in de tempel te vinden zijn waar ze de Heere loven en danken. De volgelingen van Jezus weten dat er nu een geweldige tijd aanbreekt. Als Gods Geest komt zal dat het startsein zijn dat ze uit mogen gaan om de blijde boodschap van het Evangelie te brengen aan alle volken. Dan zal de heerlijkheid en kracht van Jezus zichtbaar worden in de bekering van mensen. 

Het geloof in de hemelvaart

Is het in onze moderne tijd van wetenschap en techniek eigenlijk niet belachelijk om nog te geloven in de hemelvaart? Zo’n eenvoudig verhaal van een man op een wolk, die zomaar buiten de dampkring komt… zonder ruimtepak aan. Is hemelvaart niet belachelijk? Of hebben moderne theologen toch gelijk als ze beweren dat hemelvaart geen feit is maar dat het betekent dat ons leven een opwaartse richting moet hebben? Helaas zijn mensen altijd geneigd om hun eigen begrensde kennis als norm voor de werkelijkheid te beschouwen. Vergis je echter niet. God is God en wij zijn mensen! God bezit andere dimensies dan wij. Wanneer we het feit van hemelvaart wegredeneren word je teruggeworpen op jezelf. We hoeven de hemelvaart van Jezus niet wetenschappelijk te bewijzen. Net als bij de andere heilsfeiten weten we dat God niet is gebonden aan wat voor ons wel bindend is. Denk maar aan de wonderen die Jezus deed. God is God en wij zijn mensen! hemelvaart is net als de andere feiten rondom Jezus een ‘heilsfeit’. Door het geloof ervaren we de kracht ervan. Paulus schrijft: ‘Als u nu met Christus opgewekt bent, zoek dan de dingen die boven zijn’ (Kolossenzen 3:1). Jezus is voor de ogen van Zijn discipelen teruggekeerd naar de hemel. De discipelen zijn ooggetuigen geweest. Later lezen we van Stefanus, de diaken die voor zijn geloof is gestorven (Handelingen 7:56). Hij heeft Jezus gezien in de hemel. Ook Paulus zag Jezus toen Hij op weg was naar Damaskus (Handelingen 9:4-5). De engelen hebben na de hemelvaart van de Heere Jezus duidelijke taal gesproken. ‘Deze Jezus, Die van u is opgenomen in de hemel, zal alzo wederkomen, gelijk u Hem naar de hemel hebt zien heenvaren’ (Handelingen 1:11). Jezus Christus is teruggegaan naar de hemel: lichamelijk, zichtbaar en plaatselijk. Dezelfde Jezus, Die mens is geworden, Die geleden heeft, gestorven is en opgestaan, Diezelfde Jezus is ook teruggekeerd naar het huis van Zijn Vader. Daar waar de engelen Hem dienen, en waar de verloste gelovigen Hem hulde brengen voor het werk van de verzoening. In de hemel zal Hij blijven tot Hij terugkomt op de wolken van de hemel (Handelingen 1:11). Tussen hemelvaart en de dag van Zijn terugkomst zorgt Jezus voor Zijn Kerk hier op aarde (Efeze 1:20-23). Dat doet Hij door Zijn Woord en de kracht van Zijn Heilige Geest. Blijdschap bij Jezus intocht in de hemel Wat moet het een geweldige vreugde zijn geweest toen Jezus na 33 jaar op aarde weer terugkeerde naar de hemel. Zijn taak was volbracht. Het offer was gebracht. hemelvaart is de feestelijke thuiskomst van de Zoon van God. Met de overwinning in Zijn hand ging Jezus de hemel binnen. Wij kunnen ons nauwelijks iets voorstellen van de blijdschap die er in de hemel moet zijn geweest bij de terugkomst van Christus. Wat een blijdschap bij de Vader. Het is de liefde van Zijn hart geweest dat Hij Zijn Zoon gestuurd heeft naar deze wereld. ‘Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft’ (Johannes 3:16). Met hemelvaart keert de Zoon van God, Jezus, terug nadat Zijn werk op aarde volbracht is (Johannes 17:4-5). Wat een blijdschap voor de Vader! Zijn liefde voor een verloren wereld heeft zich kunnen uiten. Wat een blijdschap voor Jezus zelf! Hij heeft Zijn taak volbracht. Hij heeft de straf op de zonden gedragen. Hij heeft Zijn leven gegeven aan het kruis op Golgotha zodat er verzoening en vrede is voor al de gelovigen. Hij is als een Lam geslacht in de plaats van al Zijn volgelingen. Hij heeft het volmaakte offer gebracht. De opstanding is een bewijs dat de macht van het kwaad en de dood is overwonnen. Met recht kan Jezus zeggen: ‘Ik heb U verheerlijkt op de aarde. Ik heb het werk volbracht dat U Mij gegeven hebt om te doen. En nu verheerlijk Mij, Gij Vader, bij Uzelf, met de heerlijkheid die Ik bij U bezat voordat de wereld er was’ (Joh. 17:4-5). Als Jezus thuiskomt wacht Hem alle glorie en aanbidding. Jezus zit aan de rechterhand van God in de hemel (Hebreeën 12:2). Dat betekende in de oudheid de ereplaats die alleen aan hoog gewaardeerde personen werd gegeven. Die plek krijgt Jezus en Hij heeft het verdiend! Zijn reddingsmissie is volbracht! Wat een blijdschap bij de Heilige Geest. Het werk van Gods Geest is om de verzoening van Jezus toe te passen in levens van mensen (Johannes 16:14). Zo komen mensen tot geloof en ontvangen ze vrede met God. Hij verheerlijkt het werk van Jezus Christus (Handelingen 2:33). Jezus heeft Zijn discipelen beloofd dat Hij de Heilige Geest zou sturen. Deze Geest zou hen de kracht geven om te getuigen onder alle volken. Zo zal Jezus’ reddingswerk over de hele wereld zichtbaar worden (Efeze 1:13). Wat een blijdschap bij de engelen. Hier komt Hij, die alle macht heeft in de hemel en op de aarde, thuis met de overwinning in de hand! Wat zullen de engelen gejuicht en gezongen hebben ter ere van Hem (Openbaring 5:9-14). Alle engelen zullen aanwezig zijn geweest om Hem te begroeten en Hem alle eer te brengen die Hij verdiend heeft. Wat een blijdschap bij de gestorven gelovigen. De Bijbel zegt dat hun zielen voor de troon van God zijn. De gestorven gelovigen van alle tijden en plaatsen hebben hun redding en verzoening aan Jezus te danken. Ze hebben gezongen: ‘Want U bent geslacht en hebt ons voor God gekocht met Uw bloed’ (Openbaringen 5:9). Door wat Jezus op aarde heeft gedaan is er voor alle gelovigen een eeuwige toekomst aanstaande (Openbaringen 7:9-12). Hemelvaart is een intochtstfeest. Welke betekenis heeft hemelvaart voor u? Bent u blij met Zijn intocht in de hemel (Romeinen 8:34)? Door het geloof mag u weten dat Hij de overwinning heeft behaald, dat u gered bent door Zijn bloed en dat Hij uw eeuwige toekomst verzekerd heeft. Wie dat weet en gelooft is voor eeuwig gelukkig!

Het werk van Jezus in de hemel

Volgens de Bijbel is Jezus in de hemel niet passief, maar actief (Hebreeën 9:24). De Bijbel gebruikt daarvoor het beeld van een Hogepriester. Jezus doet in de hemel het werk van een Hogepriester. Het beeld komt uit het Oude Testament. God had de offerdienst onder het volk Israël ingesteld. Het offer stond altijd in het teken van de heiligheid van God. De Heilige God, Die geen gemeenschap kan hebben met de zonde en het kwaad (Leviticus 4,5 en 6). Sinds de relatiebreuk tussen de mens en God in het paradijs is de zonde de wereld binnengekomen. Voor de Heilige God is de mens een zondaar wat letterlijk ‘doelmisser’ betekent. Daarom kan God geen contact hebben met mensen. Maar God heeft er op een speciale manier in voorzien dat zondige mensen tot Hem kunnen komen. Iemands zonden moesten bedekt en verzoend worden wil hij omgang kunnen hebben met de Heilige God. De noodzaak van de vergeving van zonden was de belangrijkste reden om te offeren. Om de heiligheid en de verzoening aan de mensen duidelijk te maken was er één keer per jaar een grote verzoendag. Op die dag erkende en beleed het volk dat ze schuldig waren in het gehoorzamen van Gods geboden. Op de Grote Verzoendag vond er een plechtig ritueel plaats voor de verzoening van de zonden (Leviticus 16). De Hogepriester ging dan namens het volk tot in het binnenste heiligdom van de tabernakel waar de gouden kist, de ark van het verbond, bewaard werd. Alleen de Hogepriester mocht dat. Hij ging het ‘heilige der heilige’ binnen en sprenkelde bloed op het deksel van de ark, ook wel het verzoendeksel genoemd. Zo deed hij verzoening voor de zonden van het volk (Leviticus 16:14). Het bloed vertegenwoordigde het leven van het offerdier dat in de plaats van de schuldige moest sterven. Deze eeuwenoude offerplechtigheid wees vooruit naar het offer van Jezus, Die Zijn eigen leven zou geven als een offer voor de zonden van mensen. Johannes zei al: ‘Zie het Lam van God, dat de zonde van de wereld wegneemt!’ (Johannes 1:29). In Hebreeën 9:11 staat: ‘Maar toen is Christus verschenen, de Hogepriester van de toekomstige heilsgoederen. Hij is door de meerdere en meer volkomen tabernakel gegaan, die niet met handen is gemaakt, dat is: die niet van deze schepping is.’ Dat is hemelvaart! We lezen verder: ‘ Hij is niet door bloed van bokken en kalveren, maar door Zijn eigen bloed voor eens en altijd binnengegaan in het heiligdom en heeft daardoor een eeuwige verlossing teweeggebracht. Want als de besprenkeling met het bloed van stieren en  bokken en de as van de jonge koe de onreinen heiligt, zodat hun vlees rein wordt, hoeveel te meer zal het bloed van Christus, Die door de eeuwige Geest Zichzelf smetteloos aan God geofferd heeft, uw geweten reinigen van dode werken, om de levende God te dienen’. Hier heb je de uitleg van de betekenis van hemelvaart en de taak die Jezus daarin nu vervult als Hogepriester. Het grote offer is door Jezus gebracht en de schuld is betaald. Maar daarmee is het werk van Jezus als Hogepriester nog niet klaar. De Hogepriester bad ook voor het volk en was hun pleitbezorger bij God. Hij bad tot God namens en voor het volk. Die taak geldt nu voor Jezus, juist na Zijn hemelvaart. Dat is nu Zijn werk in de hemel (Romeinen 8:34). Hij houdt Zijn handen, die doorboord zijn aan het kruis, voor God omhoog. Hij is met het offer van Zijn bloed het heiligdom, de hemel binnen gegaan en Hij bidt voor Zijn volgelingen (Zijn gemeente) hier op aarde. In 1 Johannes 2:1 schrijft Johannes: ‘Ik schrijf u deze dingen, opdat u niet zondigt. En als iemand gezondigd heeft: wij hebben een Voorspraak bij de Vader, Jezus Christus, de Rechtvaardige’. Jezus is de ‘pleitbezorger’. Denk eens aan een advocaat. Dat is iemand die jouw zaak bepleit. Helaas komt het voor dat advocaten goed proberen te praten wat uiteindelijk toch fout is. Zo is dat bij Jezus niet. Want Hij heeft het recht in Zijn hand. Hij heeft het offer gebracht en op grond van dat offer bidt Hij voor ons. En omdat Hij het recht aan Zijn kant heeft zal de heilige God genade en vrijspraak geven aan zondige, schuldige mensen. Jezus bidt voor ons (Romeinen 8:34). Het is een gebed op basis van het offer. Daarom kan en wil God ons genadig zijn.

Jezus als God en mens

‘Oké’, denk je, ‘maar was Jezus vandaag nog maar op aarde. Dan zou ik Hem kunnen bezoeken, en met Hem kunnen praten’. Vergis je niet! Een persoonlijke ontmoeting met Jezus is vandaag niet minder werkelijk dan toen. Jezus zegt: ‘Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast bent, en Ik zal u rust geven’ (Mattheüs 11:28). Door het geloof en de aanwezigheid van Zijn Geest laat Jezus zich ook vandaag ontmoeten. Maar heeft Jezus niet beloofd dat Hij met ons zal zijn tot aan het einde van de wereld? (Mattheüs 28:20) Waarom ging Hij dan weg? Deze belofte heeft Jezus inderdaad aan Zijn volgelingen gegeven. Jezus is werkelijk heengegaan naar de hemel, maar Hij is ook werkelijk gebleven. Want Jezus is zowel God als mens. Met Zijn menselijk lichaam ging Hij naar de hemel, maar als God bleef Hij bij Zijn volgelingen op aarde. Een menselijk lichaam kan maar op één plaats tegelijk zijn. Daarom is Jezus’ hemelvaart een verplaatsing van Zijn lichaam van de aarde naar de hemel. Hij ging de hemel in als Overwinnaar. Jezus heeft dit ook voorzegd in Johannes 16:28: ‘Ik ben van de Vader uitgegaan en ben in de wereld gekomen; Ik verlaat de wereld weer en ga heen naar de Vader’. Jezus is als mens teruggegaan van de aarde naar de hemel. Maar tegelijk heeft Hij beloofd: ‘En zie, Ik ben met u al de dagen, tot de voleinding van de wereld’ (Mattheüs 28:20). Bij Zijn geboorte verliet Jezus de hemel en kwam Hij naar deze aarde. Hij werd mens, en bleef God. Die godheid van Jezus is gebleven toen Hij lichamelijk weer terugkeerde naar de hemel. De godheid van Jezus is niet aan een plaats gebonden. Als godheid is Jezus niet van de aarde weggegaan. Zijn godheid is alomtegenwoordig. Zijn godheid is een werkelijkheid op aarde. Naar Zijn godheid verandert Hij nog steeds mensen en wekt hij nog steeds geestelijk dode mensen op tot een nieuw geestelijk leven. Nog steeds laat Jezus Zijn Licht schijnen in duistere levens en door Zijn goddelijke liefde zorgt Hij er tot op de dag van vandaag voor dat mensen in Hem gaan geloven. Door Zijn goddelijke kracht versterkt Hij ook nu het zwakke geloof van de gelovigen. Door het geloof ervaren we die goddelijke kracht van Jezus in ons leven. Voor Zijn heengaan beloofde Jezus Zijn Geest te zullen sturen. In Johannes 14:16-17 staat dat Jezus tegen Zijn discipelen zegt: ‘En Ik zal de Vader bidden, en Hij zal u een andere Trooster geven, opdat Hij bij u blijft tot in eeuwigheid, namelijk de Geest van de waarheid, Die de wereld niet kan ontvangen, want zij ziet Hem niet en kent Hem niet; maar u kent Hem, want Hij blijft bij u en zal in u zijn’. Jezus zei: ‘Maar Ik zeg u de waarheid: Het is nuttig voor u dat Ik wegga; want als Ik niet wegga, zal de Trooster niet naar u toe komen; maar als Ik heenga, zal Ik Hem naar u toe zenden. En als Die gekomen is, zal Hij de wereld overtuigen van zonde, van gerechtigheid en van oordeel… Maar wanneer Die komt, de Geest van de waarheid, zal Hij u de weg wijzen in heel de waarheid; want Hij zal niet vanuit Zichzelf spreken, maar wat Hij gehoord zal hebben, zal Hij spreken, en de toekomstige dingen zal Hij u verkondigen’ (Johannes 16:7-15). Door Zijn Geest is Jezus aanwezig hier op aarde en werkt Hij in mensenlevens. Door Zijn Geest past Hij de door Hem verdiende verzoening en vrede met God toe in onze harten. We hoeven gelukkig niet zelf op te klimmen naar de hemel. We hoeven ook geen lange reis te maken om Jezus te ontmoeten. Door Zijn Geest is Jezus dichterbij dan je denkt. Wanneer je Hem aanroept is Hij er! Talloze mensen worden in deze tijd misleid doordat ze aangemoedigd worden om zelf op te stijgen naar de hemel. Door meditatie, spirituele technieken en zel‑ nkeer kun je dan het transcendente, het goddelijke bereiken. Denk aan allerlei Oosterse religies. Op deze manier wordt je teruggeworpen op jezelf en de Bijbel vertelt ons dat vanuit onszelf er geen relatie met God mogelijk is. God heeft een weg terug mogelijk gemaakt door het offer van Zijn Zoon: Jezus Christus. Jezus heeft gezegd: ‘Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij‘ (Johannes 14:6). De bevrijdende boodschap van het  christelijke geloof is dat je niet teruggeworpen wordt op jezelf en op eigen prestatie (Romeinen 10:6-11). Maar dat je door het geloof mag vertrouwen op het offer van Jezus Christus. Hij wilde dat offer brengen in jouw plaats. 

Tot slot

God is niets verplicht, maar in Zijn grote genade en ontfermende liefde heeft Hij de redding van ieder mens op het oog. Voor God is ieder mens waardevol, wie je ook bent. God laat een boodschap van redding en vergeving brengen aan ieder die het horen wil. ‘Hij wil dat alle mensen zalig worden en tot kennis van de waarheid komen’ (1 Timoteüs 2:4). God wil een relatie met ons aangaan. Hij nodigt ons uit: ‘Wend u tot Mij, word behouden’ ‘…en Ik zal u rust geven’ (Jesaja 45:22 en Mattheüs 11:28). Dit aanbod van God vraagt om een antwoord van ons. We kunnen het Evangelie van God naast ons neerleggen of we kunnen het aannemen. Beide mogelijkheden hebben verregaande consequenties. De Bijbel spoort ons aan die goed te overdenken. God heeft er alles aan gedaan om mensen te redden en zalig te maken. Denk aan Kerst, Goede vrijdag, Pasen en hemelvaart. God biedt die zaligheid en redding persoonlijk aan ieder mens aan. Dichterbij kan Hij niet komen dan door Zijn Geest. Hij staat als het ware aan de deur en Hij klopt. Laat Hem vandaag nog binnen. Leg je leven in Zijn hand en erken Hem als Heere over je leven. Zeg door het geloof net als Thomas: ‘Mijn Heere en mijn God!’