Lezen:
Mattheüs 6: 5-15 en 7:7-13
Johannes 17
(Het boek Psalmen in het OT)

Inleiding

Volgens een rapport van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) meent 49 procent van de Nederlanders dat bidden zinvol is. Toch is voor veel mensen het bidden een probleem. Ook al zien we het belang ervan in, veel mensen brengen bidden niet in praktijk. Hoe moet je bidden en wat mag je bidden? Bij wie zouden we beter te rade kunnen gaan dan bij de Heere Jezus Zelf? Nooit heeft iemand in de geschiedenis beter begrepen wat het gebed inhoudt dan Jezus. Nooit heeft iemand sterker geloofd in de kracht van het gebed en nooit heeft iemand gebeden zoals Hij. Zijn discipelen kwamen ook tot deze conclusie en schuchter vroegen ze: ‘Heere, zou U ons willen leren bidden?’ Jezus antwoordde: ‘En wanneer u bidt, zult u niet zijn zoals de huichelaars; want die staan graag in de synagogen en op de hoeken van de straten te bidden om door de mensen gezien te worden. Voorwaar, Ik zeg u dat zij hun loon al hebben. Maar u, wanneer u bidt, ga in uw binnenkamer, sluit uw deur en bid tot uw Vader, Die in het verborgene is; en uw Vader, Die in het verborgene ziet, zal het u in het openbaar vergelden. Als u bidt, gebruik dan geen omhaal van woorden zoals de heidenen, want zij denken dat zij door de veelheid van hun woorden verhoord zullen worden. Word dan aan hen niet gelijk, want uw Vader weet wat u nodig hebt, voordat u tot Hem bidt. Bidt u dan zo: Onze Vader, Die in de hemelen zijt, Uw Naam worde geheiligd. Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, zoals in de hemel zo ook op de aarde. Geef ons heden ons dagelijks brood. En vergeef ons onze schulden, zoals ook wij vergeven onze schuldenaren. En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze. Want van U is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid, tot in eeuwigheid. Amen.’ (Mattheüs 6:5-13). Kort samengevat zegt Jezus: Bidt afgezonderd, bidt oprecht en bidt gericht!

Hoe kan ik bidden?

Het gebed is geen attractie voor de toeschouwers. Wanneer je bidt, zoek dan een privé-vertrek, een leeg kantoor, de werkplaats in de garage, de bijkeuken, voor in je bestelauto of een andere plaats waar je alleen kunt zijn met God. Op de plek waar je alleen bent is de a­ eiding minimaal. Hoe vaak kan een rinkelende telefoon, geluid, stemmen, muziek of een tikkende klok je aandacht a­ eiden om geconcentreerd te kunnen bidden. Zoek een rustige plek waar je ongestoord kunt bidden. Zo kan je gebedsplaats een ontmoetingsplek worden tussen God en jou. De Heere Jezus zei tegen Zijn discipelen niet alleen dat ze afgezonderd moesten bidden; Hij zei hen ook dat ze oprecht moesten bidden. Het gaat dus niet om mooie formuleringen, vrome, gewijde vaktaal of bepaalde clichés. God wil niet dat we een aantal indrukwekkende bewoordingen opdreunen. Hij wil dat we heel eenvoudig ons hart voor Hem uitstorten; waarachtig, eerbiedig, persoonlijk en in alle ernst. Probeer gewoon met God te praten zoals een kind tot zijn vader (Psalm 62:9). Als derde noemde de Heere Jezus het gericht bidden. Hij liet zien wat Hij daarmee bedoelde door hen een modelgebed te geven. Het gebed dat wij het ‘Onze Vader’ noemen.

Het ‘Onze Vader’

Jezus’ gebed begint met de woorden ‘Onze Vader’. Deze woorden alleen al zijn geweldig om uit te spreken. Had Jezus ze Zelf niet op onze lippen gelegd, dan hadden we ons kunnen afvragen of wij dit wel zomaar mogen zeggen. Het geeft namelijk de intieme relatie tussen God en mensen aan. Het gaat hier om de erkenning van God als onze Vader. In het Oude Testament werd God al omschreven als Vader. Maar nu Jezus deze woorden aan Zijn discipelen leert krijgen ze een veel diepere lading. Want alleen door het offer van Jezus Christus is er weer verzoening en een nieuwe relatie met God mogelijk. Het uitspreken van ‘Onze Vader’ betekent meteen een erkenning van het offer van Jezus Christus. In Hem kan God weer onze Vader zijn die voor ons zorgt, ons beschermt en leidt. Jezus zegt in dit verband: ‘Of is er iemand onder u die zijn zoon een steen zal geven, als hij om brood vraagt? Of als hij hem om een vis vraagt, zal hij hem een slang geven? Als u, die slecht bent, uw kinderen dan goede gaven weet te geven, hoeveel te meer zal uw Vader, Die in de hemelen is, goede gaven geven aan hen die tot Hem bidden’ (Mattheüs 7:9-11). Het is geweldig en veelbetekenend dat zondige mensen God mogen aanspreken als ‘Onze Vader’. ‘Uw Naam worde geheiligd’. Als het om Gods Naam gaat, zegt dat iets over Wie God is. Hij is zoals Hij heet! Deze woorden herinneren ons eraan dat God soeverein, verheven en almachtig is. Niets is te moeilijk voor Hem. Voor Hem zijn alle dingen mogelijk. Hij is groter dan elk probleem dat u Hem zou kunnen voorleggen. ‘Heiligen’ betekent ‘afzonderen’ en vooral ‘toewijden’. De Naam van God is de Naam van Hem die de hemel en aarde geschapen heeft, de Vader van onze Heere Jezus Christus en daarom de God die Zich geopenbaard heeft door Zijn Woord aan de mensen. Hij is de enige ware God die gezegd heeft: ‘U zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben’ (Exodus 20:3), dat is: U mag geen andere goden dienen naast of in plaats van Mij. In de Psalmen lezen we: ‘Laat mijn mond vervuld worden met Uw lof en met Uw heerlijkheid, de hele dag’ (Psalm 71:8). ‘Uw Koninkrijk kome’. Door deze woorden bidden we of God Zijn (geestelijk) Koninkrijk wil uitbreiden en bevestigen op de aarde. Het gaat om de heerschappij van God in ons leven. In Psalm 119:5 staat: ‘Och, waren mijn wegen zo vast dat ik Uw verordeningen hield’. Als we deze woorden bidden zeggen we daarmee dat we ons graag als onderdaan van het Koninkrijk willen gedragen. En tegelijk ligt in dit gebed de verbreking van de macht van satan besloten. Want ‘Hiertoe is de Zoon van God geopenbaard, dat Hij de werken van de duivel verbreken zou’ (1 Johannes 3:8) ‘Uw wil geschiede’. Het gaat in het gebed niet om onze wil, maar om die van God. Wat wil de Heere? Hiermee erkennen we Gods leiding en besturing in deze wereld en in ons leven, ook al kunnen we dat niet begrijpen. Het gaat om de onderwerping van onze wil aan die van God. In ons huwelijk, gezin, carrière, roeping, geldzaken, lichaam, relaties en kerk of gemeente. Ook Jezus gaf hier een duidelijk voorbeeld van toen Hij bad: ‘Vader… laat niet Mijn wil, maar de Uwe geschieden’ (Lukas 22:42). ‘Geef ons elke dag ons dagelijks brood’. Hiermee bidden we voor ons levensonderhoud tot God. We bidden of God ons in onze noodzakelijke levensbehoeften wil voorzien en ons leven wil onderhouden. We erkennen hier ook mee dat we dagelijks Zijn zorg nodig hebben. We mogen onze zorgen aan God toevertrouwen en Hij zal ons onderhouden (Psalm 55:23). De Heere Jezus zegt hierover in Mattheüs 6:26 : ‘Kijk naar de vogels van de hemel: zij zaaien niet en maaien niet, en verzamelen niet in schuren, uw hemelse Vader voedt ze evenwel; gaat u ze niet ver te boven’? ‘Vergeef ons onze schulden, zoals ook wij vergeven onze schuldenaren’. Door deze woorden vragen wij om vergeving van onze zonden; de overtredingen van Gods geboden in woorden, gedachten en daden. ‘Wees mij genadig, o God, naar Uw goedertierenheid; delg mijn overtredingen uit, naar de grootheid van Uw barmhartigheid’ (Psalm 51:3) En bovendien belijden we dat we bereid zijn om ook onze naasten te vergeven. Als we de vergevingsgezindheid van God ontdekt en ervaren hebben, roept dat ons op om ook onze naaste te vergeven.

Jezus zegt: ‘Want als u de mensen hun misdaden vergeeft, zal uw hemelse Vader u ook vergeven’ (Mattheüs 6:14). ‘Leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze’. Hiermee bidden om de bescherming tegen de verzoekingen van de duivel die er altijd op uit is om ons ten val te brengen. We erkennen ook onze zwakheid hierin. Jezus wees ons in Mattheüs 26:41 op waakzaamheid! ‘Waak en bid, opdat u niet in verzoeking komt; de geest is wel gewillig, maar het vlees is zwak’. We hebben Gods hulp nodig in de strijd tegen de boze. ‘Want wij hebben de strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de machthebbers van de wereld, van de duisternis van dit tijdperk, tegen de geestelijke boosheden in de lucht’ (Efeze 6:12). We bidden of de Heere ons wil bevrijden van de macht van de boze (1 Thessalonicenzen 3:13). In de afsluiting van het gebed gaat het om een lofuiting aan God. ‘Want van U is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid, tot in eeuwigheid’. En omdat Hij de Almachtige is, en de Kracht, en de Heerlijkheid, is Hij ook in staat om ons gebed te verhoren. Daarom besluiten wij het gebed met het woordje ‘amen’. Amen betekent ‘het zal waar en zeker zijn’. Daarmee zetten we een streep onder het gebed. We erkennen en belijden dat de woorden die we gebeden hebben een zekerheid zijn. ‘Immers, zovele beloften van God als er zijn, die zijn in Hem ja en in Hem amen, tot heerlijkheid voor God door ons’ (2 Korinthe 1:20).

Vier belangrijke elementen in het gebed

Gebeden waarmee God geëerd worden zijn geen boodschappenlijstje. Ze zijn meer dan het roepen om hulp, kracht, genade en wonderen. Het ‘Onze Vader’ is een uitstekend model, maar is nooit bedoeld als een magische formule om Gods aandacht te krijgen. Jezus gaf dit gebed niet als een artikel om opgezegd te worden. Hij gaf het als een model om de verscheidenheid aan elementen aan te geven die ons gebed behoren te bevatten. Vier belangrijke elementen in het gebed zijn: aanbidding, belijdenis, dankzegging en smeking.

Aanbidding

Aanbidding zet de toon voor het hele gebed. Aanbidding herinnert ons eraan tot Wie we ons richten, in Wiens aanwezigheid we komen en van Wie we aandacht krijgen. Als wij God aanbidden ‘betreden’ we ‘heilige grond’. Aanbidding herinnert ons aan Gods identiteit en karakter. Wanneer we Zijn eigenschappen noemen en aanbidden gaan we beter begrijpen Wie Hij is. We kunnen Hem aanbidden omdat Hij almachtig is, Hij is in staat om ons te helpen. We kunnen Hem aanbidden omdat Hij alwetend is, we kunnen bij Hem terecht met al onze vragen. We kunnen Hem aanbidden omdat Hij rechtvaardig is, barmhartig, genadig, alomtegenwoordig, enz. Beginnen met aanbidding verhindert ons om God direct een verlanglijstje voor te houden met onze wensen en brandende kwesties. Het maakt ons ‘probleem’ soms al een heel stuk kleiner. Onze hemelse Vader is al onze aanbidding waard en daarom is het goed om ons gebed er direct mee te beginnen.

Belijdenis

Belijdenis is nogal eens een verwaarloosd aspect van het gebed. Je hoort wel bidden: ‘Vader, vergeef ons onze vele zonden’. We gooien al onze zonden op een grote hoop, zonder er verder naar om te kijken en zeggen: God bedek alstublieft die vuile stapel! Wanneer we al onze zonden op een hoop gooien en ze als een geheel belijden, is dat niet al te pijnlijk meer en raken we er niet meer door in verlegenheid. Maar als we de zonden één voor één van de stapel nemen en ze bij naam noemen voor God, krijg je een heel andere situatie. Eerlijk en oprecht, concreet en zonder omhaal van woorden belijden aan God wat we verkeerd hebben gedaan, is een belangrijk onderdeel van ons gebed. Belijdenis van concrete zonden zal ons geweten reinigen. We zullen ontdekken dat God vergevingsgezind is (Psalm 103:12). We krijgen de moed om te bidden: ‘Geef me alstublieft Uw kracht om de zonden vanaf nu uit te bannen uit mijn leven’. Als we belijdenis van zonden serieus nemen gebeurt er iets in ons leven en in onze gebeden.

Dankzegging

Het derde onderdeel is dankzegging. In Psalm 103:2 staat: ‘Loof de HEERE, mijn ziel, en vergeet niet een van Zijn weldaden’. Het is belangrijk om de tijd te nemen en God te danken voor dagelijkse zegeningen en weldaden. Temeer als wij opmerken dat wij een dergelijke zegen van God niet verdiend hebben. We kunnen God danken voor verhoorde gebeden, geestelijke zegeningen, zegeningen in onze relaties en materiele zegeningen. Paulus zegt ons: ‘Dank God in alles. Want dit is de wil van God in Christus Jezus ten opzichte van u’ (1 Thessalonicenzen 5:18).

Smeking

In Filippenzen 4:6 staat: ‘Wees in geen ding bezorgd, maar laat uw verlangens in alles, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God’. Het is goed om God te vertellen wat u nodig hebt. Niets is zo groot of God weet er raad mee, en niets is zo klein of Hij heeft er aandacht voor. Daarbij gaat het niet alleen om dingen die betrekking hebben op je persoonlijke situatie, maar ook het gebed voor de ander, voor je gezin, je werk en voor Gods Koninkrijk. Wat onze smeking betreft mogen wij onze gebeden in Gods Vaderhand leggen in de wetenschap dat de Vader het beste weet wat goed voor ons is. We erkennen daarmee dat we totaal afhankelijk van God zijn, omdat we in onze eigen kracht en met eigen inzichten niets blijvends tot stand brengen.

De tijd nemen om te bidden

De Heere Jezus mengde zich graag onder de mensen. Een groot deel van Zijn tijd heeft de Heere Jezus doorgebracht onder de mensen. Maar Hij kon ook heel goed alleen zijn. Sterker nog, Hij trok zich geregeld terug. Weg van de massa die Hem zo vaak volgde, om alleen te zijn en na te denken over Zijn opdracht. En om te bidden. Bij alle belangrijke gebeurtenissen in Zijn leven voelde de Heere Jezus dat het gebed onmisbaar was. Een mooi voorbeeld daarvan kunnen we lezen in Markus 1:32-39. Door het gebed sprak de Heere Jezus met Zijn Vader. Hij had het nodig om toegewijd te blijven en het doel van Zijn werk niet uit het oog te verliezen. Zowel bij het begin als bij het einde van Zijn leven, lezen we van de Heere Jezus dat Hij bad. Na Zijn doop door Johannes bracht de Heere Jezus veertig dagen in de woestijn door. Hoewel Hij daar werd verzocht en op de proef werd gesteld, is de Heere Jezus daar ook in gebed geweest. De Heere Jezus trok Zich na het laatste avondmaal, toen Hij de verschrikkingen van het kruis voor Zich zag opdoemen, terug in de tuin van Gethsemané om te bidden. Ook tussen die twee gebeurtenissen in leefde de Heere Jezus voortdurend in een sfeer van gebed en Hij spoorde ook Zijn discipelen aan om dat te doen. In de Bijbel heeft het gebed een hoge prioriteit. Het heeft alles te maken met geestelijke groei. Als Jezus het gebed al zo nodig had, hoeveel te meer wij dan? Hoeveel tijd besteden wij dagelijks in het aanbidden, het lofprijzen, het belijden en het smeken tot God? Tijd speelt een sleutelrol in ons omgaan met God. Geen overgebleven tijd, geen wegwerptijd, maar waardevolle tijd. Tijd voor overdenking, meditatie, bezinning en gebed. Stel de prioriteiten juist en neem de tijd om te bidden en te luisteren naar de stem van God. Het is tijd met het grootste rendement! Het heeft niet alleen waarde voor dit tijdelijke leven, maar ook voor het eeuwige leven.

Oprecht bidden

In Lukas 18:9-14 vertelt Jezus een verhaal over twee mannen. De ene is een Farizeeër en de andere is een tollenaar. Allebei komen ze hun gebed doen in de tempel. Uiterlijk doen ze hetzelfde, maar innerlijk is er een groot verschil. De één is heel godsdienstig en gebruikt zijn gebed om te laten zien hoe goed hij is. De ander legt zijn hart voor God open en verlangt naar een ontmoeting met God. De Farizeeër loopt met statige passen de trappen van de tempel op. Niemand van de mensen die daar aanwezig is vindt het vreemd dat hij daar is. Hier hoort hij thuis. Hij begint te bidden: ‘O God, ik dank U dat ik niet ben zoals de andere mensen: rovers, onrechtvaardigen, overspelers, of ook (en hij kijkt om zich heen) als deze tollenaar’. Op het eerste gezicht zegt deze man geen leugen. Hij is inderdaad een voorbeeldig mens die niet in zonden is gevallen. En hij dankt er God voor! Dat is niet verkeerd. Vervolgens begint hij een hele rij te noemen van allemaal goede dingen die hij doet. Hij vast tweemaal per week (Leviticus 16:29), hij geeft tienden van alles wat hij heeft (Leviticus 27:30). Dat zijn goede dingen. Maar hij maakt wel dezelfde fout als zoveel anderen. Hij vergeet dat God niet naar onze buitenkant kijkt, maar naar ons hart. Niet naar wat je allemaal doet, maar naar wie je bent. God kijkt naar ons zoals Hij ons geschapen heeft. En zelfs deze keurige Farizeeër voldoet niet aan dat oorspronkelijke beeld. Hij vergeet dat het Gods genade in Jezus Christus is waardoor hij tot God mag komen. Bij de tollenaar gaat het heel anders. De tollenaar is een veracht mens. Hij is het type van een slecht mens. Jezus noemt de tollenaren in een adem met de hoeren (Mattheüs 21:31). Bij hem zou je allerminst verwachten wat Jezus van hem zegt. Hij blijft achter in de tempel staan en slaat op zijn borst. Dat is in het oosten een uiting van gevoelens. Veel woorden kan hij niet zeggen. Hij heeft geen mooie daden zoals die Farizeeër. Deze man wordt gekweld door een gevoel van schuld en zonde. Hij weet dat hij zo niet in Gods tegenwoordigheid kan komen. Het geweten van deze man klaagt hem aan, maar… hij belijdt zijn zonden. Hij smeekt om genade! Hij heeft een gebed van één regel, maar daar ligt gelijk alles in: ‘O God, wees mij, de zondaar, genadig’. Wilt U mijn zonden vergeven, Heere God? Kan het goed komen tussen U en mij? Is er vergeving bij U? O God, geef mij Uw genade! En dat zijn juist de woorden die God zo graag hoort. Vanuit een verbroken en schuldbewust innerlijk. Daar gaat het Hem om. Om echtheid, puurheid. De relatie met God moet hersteld worden. Daarom kwam de Heere Jezus immers naar deze wereld. Hij kwam om te redden en zalig te maken dat verloren was. Vanuit het herstel van onze relatie met God door het offer van Jezus Christus gaat ons leven nieuwe vruchten dragen. De Farizeeër draaide het om. Hij wilde eerst de vruchten en op grond daarvan moest God hem toch wel genadig zijn. Nee, zegt Jezus, eerst een nieuw innerlijk en van daaruit een nieuw leven tot eer van God en tot heil van de mensen. Dat is de reden waarom er in de Bijbel staat dat de tollenaar rechtvaardig (in een goede verhouding met God) wegging naar zijn huis. Zijn gebed was verhoord. Deze tollenaar ontving de genade waar hij om gevraagd had. Door het geloof in de Heere Jezus mocht hij vergeving ontvangen van zijn zonden. De Farizeeër ging voor zijn gevoel rechtvaardig naar huis. Hij was tevreden met zijn leven en had God niet nodig. Maar hij bedroog zichzelf. God kijkt naar het hart. Uiteindelijk zal de recht vaardigheid van de Farizeeër geen stand houden voor God. De Farizeeër heeft zichzelf gerechtvaardigd maar voor God had dit geen waarde. Alleen door Jezus Christus hebben wij een geopende toegang tot Gods genade. 

Hoort God ons gebed?

Bij het bidden kan de vraag opkomen ‘hoort God mijn gebed eigenlijk wel?’ Vanuit de Bijbel kunnen we op deze vraag volmondig ‘Ja’ antwoorden. Lees bijvoorbeeld Psalm 34:5 en Psalm 66:20. In de Bijbel lezen we veel voorbeelden die dit bewijzen. God geeft antwoord op het gebed. Niet om het gebed. Op zich zit er in het gebed geen verdienste voor God zodat Hij ons moet verhoren. God hoort wel alle gebeden, maar Hij verhoort ze niet allemaal. Denk maar eens aan het gebed van David om de genezing van Zijn kind (2 Samuel 12:15). Het gebed is geen toverformule. Door het gebed mogen we onze nood bij God bekend maken. Soms wordt het gebed ook anders verhoord dan we verwachten. Het gaat erom dat onze gebeden oprecht voor God zijn. Als wij mogen bidden naar Zijn wil dan is er ook verhoring. Voor het persoonlijk gebed wordt wel eens gezegd: Als de vraag fout is, zegt God nee! Als het tijdstip fout is zegt God: Nog niet! Als onze motieven fout zijn zegt God: Je moet eerst nog groeien! Als echter de vraag goed is, het tijdstip is goed, en het motief is goed dan zegt God: Ja! Sommige gebedsvragen zijn verkeerd, hoe goed ze ook zijn bedoeld (Mattheüs 17:1-8 en Lukas 9:51-56).   

Volharding in gebed

De Heere Jezus vertelde een gelijkenis waarin de verhoring op het gebed tot uitdrukking ge bracht wordt. Jezus wil ons bemoedigen om te volharden in het gebed, ook als er niet direct antwoord komt. Het gaat over een rechter en een weduwe (Lukas 18:1-14). Van deze rechter staat dat hij God niet diende en geen mens ontzag. Een meedogenloos mens dus. Aan de andere kant gaat het om een weduwe. Zij staat er alleen voor in de maatschappij en ze is in de problemen gekomen. Ze heeft een ‘tegenpartij’. Iemand die het haar moeilijk maakt. Deze vrouw gaat naar de rechter en vraagt hem om recht te doen tegen haar tegenpartij. Maar de rechter trekt zich niets van haar aan. Steeds weer schuift hij de zaak van zich af. De vrouw komt al meer in de problemen. Maar ze blijft vragen. Steeds komt ze terug en legt het verzoek voor de rechter neer. Een andere mogelijkheid is er voor haar niet. Uiteindelijk bedenkt de rechter zich. Als hij deze vrouw zal weigeren te gehoorzamen zal ze hem straks nog iets doen! Daarom neemt hij de beslissing om haar zaak voor te laten komen en hij beslist in haar voordeel. De zwakke is onoverwinnelijk sterk door volharding! Met deze gelijkenis wil Jezus ons leren dat wij niet mogen verslappen in het gebed. Wij moeten volhouden. Hoe zit dat met die rechter, is hij een beeld van God? Dat kan toch niet, God is toch niet onrechtvaardig? Let goed op! In deze gelijkenis gaat het om het volharden in het gebed. Als nu zelfs zo’n onrechtvaardige rechter uiteindelijk hoort naar deze vrouw, hoeveel te meer zal de rechtvaardige God recht doen aan Zijn kinderen die hem dag en nacht daarom bidden (Lukas 18:7). Als deze meedogenloze man uiteindelijk luistert, hoeveel te meer zal dan ‘Onze hemelse Vader’ ons horen als we tot Hem bidden. Dat is de les. Zo zeker is er verhoring bij God! Hij hoort het geroep van een jonge raaf. Zou Hij zijn kinderen dan niet horen? Daarom bemoedigt Jezus ons hier in het bidden. ‘Bid, en u zult ontvangen, opdat uw blijdschap volkomen zal worden’ (Johannes 16:24).

Tot slot

Er zou nog veel te zeggen zijn over het gebed. Maar dat kan niet allemaal in één les. In deze les hebben we geprobeerd de belangrijkste aspecten van het gebed helder te krijgen. Wat is bidden? Hoe moet je bidden en wat moet je bidden? Als u nog een aantal gebeden van de Heere Jezus doorlezen, vindt u hier een aantal suggesties: Het Onze Vader (Mattheüs 6:6-14 en Lukas 11:1-5), Het gebed voor Zijn volgelingen (Johannes 17) en Het gebed in de hof van Gethsemané (Mattheüs 26:36-46). ‘Laten wij dan met vrijmoedigheid toegaan tot de troon van de genade, opdat wij barmhartigheid verkrijgen en genade vinden om geholpen te worden op het juiste tijdstip’ (Hebreeën 4:16).

De uitleg van de Bijbel,
speciaal voor kinderen

Ga naar ontdek de bijbel voor kinderen
Ontdek de bijbel voor kinderen

Vragen over de Bijbel? Stel ze gerust!

We kunnen ons voorstellen dat er vragen bij je bovenkomen tijdens je ontdekkingstocht. Als wij je kunnen helpen dan doen we dat graag.

Laat een reactie, opmerking of vraag achter via ons contactformulier. Dan zullen we daar zo snel mogelijk op antwoorden.

Stel je vraag