Inleiding

Vraag eens aan een aantal willekeurige Nederlanders of zij geloven en je zult de meest uiteenlopende antwoorden krijgen. Vaak gebruiken we het woord geloven in de zin van: ‘Ik geloof dat hij of zij 18 jaar is’. Dan zeggen we dus eigenlijk: ik weet het niet zeker, maar ik denk het. Er zijn ook mensen die zeggen: ‘Geloven doe je in de kerk’. Ze bedoelen daarmee dat je buiten de kerk alles mag doen, maar in de kerk moet je eventjes gelovig zijn. Er zijn ook mensen die het woordje geloof verwarren met een godsdienstige overtuiging. Dan zeggen ze: ‘Hij of zij is protestant of katholiek gelovig’. Trouwens, je hoort ook mensen zeggen; ‘Ik ben best gelovig hoor’ en dan bedoelen ze eigenlijk dat ze een soort religieus gevoel hebben. Deze rij is natuurlijk nog uit te breiden, maar het wordt tijd om eens te kijken wat de Bijbel zegt over geloven. 

Het echte geloof

Wat is eigenlijk een echt geloof? Is er dan ook een ‘niet echt geloof ’? Bij het echte geloof gaat het in ieder geval om iets dat absoluut zeker is en niet om een vaag gevoel. Sterker nog, het gaat om Iemand die absoluut zeker en absoluut betrouwbaar is: Jezus Christus! In de Bijbel krijgt het woordje geloven de betekenis van ‘vertrouwen’. Twee personen die elkaar vertrouwen. Geloven heeft dus alles te maken met een relatie. Een relatie die gebaseerd is op geloofsvertrouwen. Niet zomaar een bepaalde overtuiging of een vaag gevoel, maar een vertrouwensrelatie met de levende God. Dat doortrekt je hele leven! Door het geloof wordt je houding tegenover God, tegenover je mede mens en ten opzichte van de schepping bepaald. Geloof is een gave van God, die Hij wil geven aan ieder mens (Efeze 2:8-9). Het is het werk van Gods Geest in je hart. Het is belangrijk dat we van dit Bijbelse geloof een goed begrip hebben. Het zijn zowel kennis als vertrouwen als twee poten waarop het geloof in God ‘stoelt’.

Het echt geloof… Is het een bewuste keuze om hier alleen het vertrouwen en de persoonlijke relatie te benadrukken? Waarom ook niet het thema volharding als toets van beproefdheid (Rom en Hebr brief) En de vruchten en de werken uit het geloof, als toets van echtheid) Ik denk dat de 1e Johannesbrief en de brief van Jakobus en het onderwijs van Jezus daarin verwerkt, een waardevolle toevoeging zijn bij dit kopje. ) 

Het gesprek met Nicodemus

Zijn alle mensen gelovig? Hebben wij allemaal automatisch dat geloof? Er zijn mensen die zo denken. Jezus zegt echter in zijn gesprek met Nicodemus: ‘U moet opnieuw geboren worden’ (Johannes 3). Jezus geeft in dit gesprek met Nicodemus een aantal belangrijke lessen over het geloof. Daarom doen we er goed aan dit gedeelte te bestuderen. We lezen in Johannes 3 dat Nicodemus bij Jezus komt. Hij heeft een uitstekende opleiding gehad. Hij is onderwezen in de Schriften en in de wet van Mozes. Hij is een belangrijk man, want hij maakt deel uit van het Sanhedrin (het hoogste Joodse rechtscollege uit die tijd). Daar werd je niet zomaar lid van. Nicodemus was niet de eerste de beste Farizeeër. Bovendien is hij, zoals Jezus zegt: ‘de leraar in Israël’ (Johannes 3:10). Hij onderwijst de mensen uit de wet en de profeten. Hij kan precies vertellen wat het geloof inhoudt en hoe mensen religieus kunnen leven. Toch is hij er niet gerust op. Dat blijkt wel uit het feit dat hij naar Jezus komt. Een Farizeeër die zelf zo breed en diep gestudeerd heeft in de Schriften en dan raad gaan vragen bij Iemand die zelfs nog geen of‑ ciële opleiding heeft gehad? Dat doe je toch niet? Bovendien, wat zullen de mensen er van zeggen? Nicodemus is geen held. Daarom besluit hij om ‘s nachts naar Jezus te gaan (Johannes 3:2). Dan ziet niemand hem ten minste. En Jezus staat hem te woord. Midden in de nacht neemt Jezus de tijd voor de vragen van deze man. Ook wij kunnen dag en nacht bij Hem terecht met de vragen van ons hart en met de raadsels van ons leven. Hij is dag en nacht bereikbaar. Daar gaat Nicodemus! Wat moet hij eigenlijk zeggen als hij bij die Rabbi komt? Hij begint met een algemene vraag. Misschien krijgen ze zo een theologisch gesprek en kan hij dan via een omweg zijn vraag aan Jezus voorleggen (vers 2). ‘Rabbi’, zegt Nicodemus, ‘wij weten dat U van God gekomen bent als leraar’. Het is opvallend dat Nicodemus hier het woordje ‘wij’ gebruikt. Namens wie spreekt hij? De meeste Farizeeën beweerden juist het tegenovergestelde. Ze vinden helemaal niet dat Jezus een leraar is, door God gezonden. Nicodemus kruipt weg achter de publieke opinie. Toch zegt dat wel iets over de mening van Nicodemus zelf. Eigenlijk zegt hij: ‘Rabbi, een ander kan van U zeggen wat hij denkt, maar ik ben er zeker van, dat U een door God gezonden Leraar bent’. De boodschap van Jezus heeft zijn hart geraakt. Nicodemus zegt zelf: ‘niemand kan deze tekenen doen die U doet, als God niet met hem is’ (Johannes 3:2). Het is overigens opvallend dat Nicodemus de nadruk legt op het leraar  zijn van Jezus, hoewel hij onder de indruk is van de tekenen! Dat is precies de lijn die Jezus zelf gevolgd heeft. Zijn tekenen waren een illustratie van Zijn Boodschap. Nicodemus, die zelf een leraar is, erkent Jezus als dé Leraar. Nicodemus wacht met spanning op het antwoord van Jezus. Maar er gebeurt iets opvallends. Jezus geeft een heel ander antwoord dan we zouden verwachten. Jezus begint in vers 3 ineens over het Koninkrijk van God en hoe je dat koninkrijk kunt binnengaan. Maar dat was toch niet de vraag van Nicodemus? Het antwoord op dit geheim staat aan het slot van Johannes 2: ‘Omdat Hij het niet nodig had dat iemand van de mens getuigde: want Hij wist Zelf wat in de mens was’. Jezus kent het hart! Jezus wist al lang dat Nicodemus zou komen. Hij wist ook dat er achter die algemene opmerking van Nicodemus de vraag van zijn leven schuilging. Nicodemus had gezegd: ‘Wij weten…’ Maar Jezus weet nog veel meer en dat zal Hij Nicodemus duidelijk maken. ‘Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: als iemand niet opnieuw geboren wordt, kan hij het Koninkrijk van God niet zien’ (vers 3). Voorwaar, voorwaar… dat klinkt als een eed, en dat is het ook. In het Grieks staat hier eigenlijk; Amen, amen, zeg Ik u! Het gaat dus om iets dat heel belangrijk is. Het gaat om de kern van het christelijk geloof! 

Een nieuwe geboorte

Nicodemus moet dus opnieuw geboren worden. Maar waarom eigenlijk? Hij is toch een voorbeeldig mens? Jezus legt Nicodemus op een fijnzinnige manier uit wat het geloof inhoudt. Er is een nieuwe geestelijke geboorte nodig, omdat onze relatie met God verstoord is. God is onze Schepper en zoekt in liefde en ontferming een persoonlijke relatie met mensen. Ook al zijn we zondaars, gaan we onze eigen weg en zijn we opstandig tegen Hem, Zijn liefde blijft altijd geduldig naar ons uitgaan. Wij zijn en blijven waardevol voor Hem (Johannes 3:16). Wij zijn Gods schepsel! God is vol liefde bewogen met Zijn schepping in nood! Dat is de reden waarom God Zijn Zoon naar deze wereld stuurde: ‘opdat ieder die in Hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft’. God is ook heilig. Hij is volkomen rein en kan en wil geen omgang hebben met alles wat onrein en onheilig is. Het is zoals in het volgende voorbeeld. Tijdens de nieuwbouw van een complex werd een zaal geïnspecteerd. Voordat de aannemer verscheen zette een van de toekomstige eigenaars een schijnwerper aan, die een donker deel van het plafond in een fel licht zette. Opeens kwamen er allerlei onvolmaaktheden aan het licht. Even later stapte de aannemer binnen. Hij zag dat de schijnwerper aan was en zei enigszins verstoord dat dit niet de bedoeling was. Op die manier mocht het gebouw niet gekeurd worden. Hij haalde het contract erbij, waarin stond dat de laatste inspectie moest worden uitgevoerd met de normale zaalverlichting aan. Zo is dat ook met Gods heiligheid. Bij normale verlichting lijkt ons leven keurig in orde, zonder al te veel morele ongerechtigheden. Na de val van de mens in het paradijs schijnt er op deze aarde een schemerverlichting. Als God echter ons leven binnen komt, zet Hij de schijnwerper van Zijn heiligheid op onze daden, gedachten en bedoelingen. Wat je dan te zien krijgt is niet al te best. God is niet alleen heilig, maar ook rechtvaardig! Met andere woorden: Hij is als een rechter die niets door de vingers kan zien wat tegen Zijn volmaakte wet ingaat. God is een rechtvaardige Rechter Die iedereen eerlijk zal doen toekomen wat hij of zij volgens die volmaakte wet verdient. In dit licht bezien staat het er met ons als mensen niet best voor. De Bijbel zegt dat we allen hebben gezondigd en de eeuwige dood verdiend hebben. God heeft ons goed geschapen, zonder zonde. Wij hebben echter misbruik gemaakt van die vrijheid, zijn tegen God in opstand gekomen en slecht geworden. Gods heiligheid brengt aan het licht wie wij in werkelijkheid zijn. Gods rechtvaardigheid laat ons eerlijk toekomen wat we door onze zonde hebben verdiend. Helaas is onze zonde zo erg, dat God ons ter dood moet veroordelen. Dat betekent zowel de lichamelijke als de geestelijke dood. Dat laatste is de eeuwige afscheiding van God. De Bijbel noemt dat de hel. En de Bijbel is er duidelijk in: we kunnen absoluut niets doen om onze situatie te veranderen. We hebben niets om onze schuld bij God te betalen. Dat is het morele faillissement van de mens. Het is misschien geen leuke boodschap, maar wel de ernstige realiteit waarin wij ons bevinden! 

Ons antwoord op Gods reddingsplan

Gelukkig is dit niet het enige. Jezus Christus, Gods Zoon, heeft op unieke wijze een oplossing gebracht voor het dilemma waar wij voor staan. Hij was zowel God als mens. Hij alleen was in staat om Gods verlossingsplan uit te voeren en de straf op Zich te nemen die wij verdiend hebben. De kern van het christelijke geloof is dat Jezus Christus in de plaats van al de gelovigen is gestorven. Hij onderging voor al de gelovigen de doodstraf aan het kruis. Hij betaalde voor onze schuld. Zodoende gaf Hij uiting aan Gods liefde, bewaarde Hij Gods heiligheid en voldeed Hij aan Gods rechtvaardigheid. Dat alles deed Hij om ons het geschenk van Zijn vergeving, Zijn vriendschap en Zijn leiderschap te kunnen aanbieden. Dat hebben we niet verdiend en  we kunnen het niet verdienen. De enige manier om dit geschenk te ontvangen is dat we ons nederig voor Hem buigen, onze eigenzinnigheid en vijandschap (zonden) erkennen en gelovig vertrouwen op Zijn ongeloo­flijk aanbod. Wat is jouw antwoord op dit geweldige verzoeningsaanbod van God in Zijn Zoon Jezus Christus? Wat doe je er mee? Er is een persoonlijk antwoord in ons leven nodig op dit reddingsplan en verzoeningsaanbod van God. De Bijbel beklemtoont voortdurend dat ieder mens persoonlijk moet antwoorden op het verlossingsaanbod van Jezus Christus. Niet antwoorden is ook een antwoord. Naar de kerk gaan, in een christelijk gezin geboren zijn en zo goed mogelijk leven is geen automatisme om met God in het reine te komen. Kijk maar naar Nicodemus: hij was een voorbeeldig mens, maar Jezus zegt tegen hem dat hij opnieuw geboren moet worden. Al het vertrouwen op eigen inspanningen om bij God te komen zal uiteindelijk op een ontzagwekkende wijze openbaar komen. Luister in dit verband naar de waarschuwende woorden van de Heere Jezus Zelf (Mattheüs 7:21-23). Jezus zegt in vers 3 nadrukkelijk: ‘Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: als iemand niet opnieuw geboren wordt, kan hij het Koninkrijk van God niet zien’. Jezus vraagt om de bekering van ons hart! Pas als wij Jezus Christus kennen door het geloof als onze Verlosser, mogen we gerust zijn voor de tijd en de eeuwigheid. Dan komt de Heilige Geest in ons hart wonen en begint ons leven van binnenuit te veranderen. Geloof kun je niet aan iemand anders geven, je kunt het ook niet iemand aanpraten. Maar de Bijbel maakt ons wel ernstig duidelijk dat er geen andere weg is. Duidelijk en helder laat Jezus Nicodemus zien wat het geloof inhoudt. Nicodemus, kijk eens naar je leven zoals God naar je kijkt! Jesaja 59:2 zegt: ‘Maar uw ongerechtigheden maken scheiding tussen u en uw God, uw zonden doen Zijn aangezicht voor u verborgen zijn, zodat Hij u niet hoort’. Daarom moet er een nieuwe geboorte plaatsvinden. Ons hart moet vernieuwd worden. Jezus vergelijkt de vernieuwing van ons hart met een geboorte (Johannes 3:3). Kinderen leveren geen bijdrage aan hun geboorte. Zo is dat ook met die nieuwe geboorte. Dat werkt God door Zijn Geest in ons hart. Deze nieuwe geboorte is nodig om in te gaan in het Koninkrijk van God. Met grote nadruk zegt Hij; Tenzij…! Tenzij iemand opnieuw geboren wordt, hij kan het Koninkrijk van God niet zien. Er is een nieuwe relatie met God mogelijk door een nieuwe, geestelijke geboorte! Door een totale vernieuwing van ons oude leven is er een nieuw leven mogelijk.

Water en Geest

De Heere Jezus gebruikt in vers 5 de woorden water en Geest. Het water is een beeld van de reiniging. Denk bijvoorbeeld aan de doop, zoals we die besproken hebben bij Johannes de Doper. Johannes doopte met water tot bekering en vergeving van zonden (Marcus 1:4). Tollenaren en zondaren kwamen in diepe verootmoediging tot hem om zich te laten dopen. Het ondergaan in het water betekende een a­ eggen van het oude zondige leven. Het afwassen van de zonde. Als Jezus hier tegen Nicodemus zegt dat hij opnieuw geboren moet worden uit water en Geest, zegt Hij; ‘Nicodemus je bent wel een heel nette Farizeeër, maar je moet je toch aansluiten in de rij van zondaren om gereinigd te worden van je zonden. Je moet leren kijken met Gods ogen naar jouw leven. Ik ben niet gekomen voor nette mensen die alles goed op een rijtje hebben staan, maar voor mensen die Mijn genade en vergeving door Mijn offer nodig hebben’. Het water in de doop wijst op de reinigende werking van het offer van de Heere Jezus aan het kruis. Het offer van Jezus bezit de kracht om te reinigen van alle zonde en ongerechtigheid. Niet alleen water, ook de Geest is nodig (Johannes 3:5). De Geest van God vernieuwt ons van binnenuit. Hij doet het werk in ons wat wij in eigen kracht niet kunnen. Hij doet ons opnieuw geboren worden. Voor een oprecht, diepgaand en blijvend geloof heb je het werk van Gods Geest nodig. Hij werkt Gods verlossingsplan in ons uit. Wat kunnen we veel leren van de woorden van Jezus als het gaat om de betekenis van het geloof. 

Het voorbeeld van de koperen slang

Jezus gebruikt in het gesprek met Nicodemus een voorbeeld uit het Oude Testament (Numeri 21). Het volk Israël was in de woestijn. God had hen uit Egypte verlost. Maar ze mopperden en gaven God de schuld van al hun problemen. Als antwoord stond God het toe dat giftige slangen het volk plaagden. God gaf aan Mozes de opdracht om een koperen slang te maken en deze hoog op een paal te bevestigen. Wie gebeten was door een slang (en dus moest sterven) moest naar de koperen slang kijken. Wie dat deed werd genezen van de dodelijke beet. Jezus legt aan Nicodemus uit dat het in het geloof om precies hetzelfde gaat. Iedere mens op aarde heeft van nature diezelfde dodelijke beet van de slang uit het paradijs. We zijn allemaal geïnjecteerd met het dodelijke gif van de duivel en het kwaad. Het gevolg van deze dodelijke beet is de dood (Genesis 2:17). Maar nu geeft God ons een koperen slang: Zijn eigen Zoon! Ook Hem heeft God duidelijk zichtbaar gemaakt (Johannes 3:14). Jezus is niet alleen gekomen naar deze aarde, maar ook gestorven aan een kruis. Voor iedereen zichtbaar! Hij is de verhoogde Koperen Slang en iedereen die in Hem gelooft zal niet verloren gaan maar eeuwige leven hebben (vers 15). Gods liefde gaat  uit naar deze gebroken wereld. Hij wil dat mensen tot de kennis van de Zaligheid komen (1 Timotheüs 2:3-4). God heeft Zijn Zoon niet naar deze wereld gestuurd om deze wereld te veroordelen, maar om mensen de mogelijkheid te bieden behouden te worden (Johannes 3:17). Daarvoor is het geloof in Jezus Christus noodzakelijk!  [MV1] 

Geloven is kennen en vertrouwen

Een relatie kun je niet in je eentje hebben. Daarvoor moet je met zijn tweeën zijn. Een relatie kan ontstaan op het moment dat je iemand voor het eerst ontmoet. Je luistert naar de ander, je praat met de ander en je kijkt naar de ander. Het blijft niet bij die ene ontmoeting! Je wilt elkaar vaker ontmoeten. Zo leer je elkaar kennen en hoe langer je elkaar kent hoe meer je aan elkaar vertelt. Je begint van de ander te houden. Er ontstaat een intieme relatie die gebaseerd is op kennis van de ander en liefde tot de ander waarin je niets voor de ander verbergt en elkaar volkomen vertrouwt. Uiteindelijk ben je zo naar elkaar toe gegroeid en houd je zoveel van elkaar dat je jezelf helemaal overgeeft aan de ander. Dan is er sprake van een huwelijk! Dit beeld vertelt ons iets over het proces van geloven. In het geloof gaat het om twee sleutelwoorden: kennis en vertrouwen! Je kunt niet in God geloven als je Hem niet kent. Je kunt Hem ook niet vertrouwen als je niet met Hem communiceert. Wil ik dus geloven in God dan zal ik naar Zijn stem moeten luisteren, met Hem moeten praten en naar Hem moeten kijken! Kan dat? Kunnen wij de stem van God horen? De Bijbel zegt dat het geloof uit het gehoor is (Romeinen 10:17). God maakt Zich aan ons bekend door de Bijbel. Dat is de stem van God tot ons. We hoeven geen brief uit de hemel te verwachten, want die brief hebben we voor ons liggen. Miljoenen mensen voor ons hebben daarin al Gods stem gehoord en zijn tot geloof gekomen. Daarom is het heel belangrijk om allereerst te luisteren naar wat de Bijbel ons te zeggen heeft. Alles wat in de Bijbel geschreven staat geeft ons kennis en inzicht in God. Door de Bijbel kunnen we God leren kennen. Kennis van God is onmisbaar in het geloof. De Bijbel vertelt ons ook wie we zelf zijn. Door de Bijbel te lezen leer je jezelf zien zoals God je ziet. Je luistert naar God. Maar hoe kun je dan terug praten tegen God? Daarvoor heeft God ons het gebed gegeven. In de vorige les hebben we daar uitvoerig bij stilgestaan. Door Bijbelstudie en gebed ontstaat er een dialoog met God. Een gesprek tussen de Schepper en Zijn schepsel. God spreekt tot ons door Zijn Woord en we mogen terug praten door het gebed. Vertrouwen is vastgehecht zijn Door de kennis van God en van jezelf begin je steeds meer te verlangen naar eenheid tussen Gods hart en jouw hart. Je verlangt ernaar dat de relatie die in het paradijs door de zonde verbroken is weer hersteld wordt. Je ziet de zonden in je leven in het licht van God en je krijgt een hartelijk berouw. Vanuit de Bijbel weet je dat er alleen terugkeer in de gemeenschap met God mogelijk is door Zijn Zoon Jezus Christus. Zo krijgt Jezus Christus en Zijn offer heel veel waarde voor je. In je hart ontstaat een diepe liefde voor Hem. Het blijft niet alleen bij een oppervlakkige kennis, maar een diepe liefde ontbrandt in je hart. Een liefde waarin je heel je hart voor God openlegt. Uiteindelijk groei je, door het werk van de Heilige Geest in je hart, zo dicht naar God toe en heb je zoveel liefde tot Hem dat je jezelf helemaal aan Hem overgeeft. Dan is er sprake van een geestelijk huwelijk. Je bent door het geloof verbonden in een levende omgang met God door Jezus Christus. Geloven is dan geen statisch begrip, maar een levende werkelijkheid voor je. Je mag dagelijks leven in de gemeenschap met God, door het geloof in Jezus Christus. Kennis en vertrouwen! Het Hebreeuwse woord voor vertrouwen is ‘Aman’. Dat betekent ‘vastgehecht zijn’. Net als een groot zeeschip. Zo’n schip heeft een anker nodig om zich vast te hechten aan de vaste zeebodem. Het zou dwaas zijn als dat anker op eigen dek wordt uitgeworpen. Toch zijn er veel mensen die dat doen. Ze gooien hun anker op eigen dek. Ze denken zich wel aardig te kunnen redden. Als ik nu eens dit doe of dat laat… Als ik maar goed ben voor de ander… En natuurlijk zijn dat prima dingen, maar zo zoeken we wel de vastheid van ons behoud in onszelf. De Bijbel heeft daar ernstig voor gewaarschuwd. ‘Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: als iemand niet opnieuw geboren wordt, kan hij het Koninkrijk van God niet zien’. Het echte geloof gooit het anker uit in de vaste rotsbodem: Jezus Christus. Het anker van ons leven ligt dan vast in het offer dat Jezus Christus gebracht heeft aan het kruis op Golgotha. En Gods Geest geeft ons het vaste geloofsvertrouwen dat wij zeker mogen zijn van ons geloof.   

Het christelijke geloof is uniek

Sommige mensen denken dat er weinig verschil bestaat tussen de verschillende religies. Het gaat toch allemaal om dezelfde God, zeggen ze. Het maakt niet uit of je moslim, hindoe, boeddhist of christen bent. Jezus maakt ons echter duidelijk dat het  christelijke geloof niet te vergelijken is met welke andere vorm van religie dan ook. Hij zegt: ‘Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven, niemand komt tot de Vader dan door Mij’ (Johannes 14:6). Het christelijke geloof is absoluut uniek! Stel je voor dat wij ons in een diepe put bevinden. Ten diepste is dat ook zo vanwege onze verbroken relatie met God. Allemaal willen we graag uit die put. Allemaal voelen we wel aan dat het in die put geen paradijs op aarde is. Allemaal zoeken we naar vrijheid en geluk. Ieder mens op aarde heeft een diep verlangen naar herstel en nieuw geluk. Aan de bovenzijde van de put verschijnen nu verschillende religieuze leiders. De een roept naar beneden dat je uit de put kunt komen door je aan de Vijf Zuilen te houden (islam) een ander roept dat je in jezelf op zoek moet gaan naar een innerlijke kracht die je boven de rand doet uitstijgen (Boeddha). Welke religieuze leider je ook noemt, allemaal wijzen ze je op wat je zelf moet doen om het betere te bereiken en geluk te vinden. En dan komt Jezus! Hij blijft niet van bovenaf roepen. Hij is de enige unieke persoon die zelf in de put afdaalde. Hij werd de mensen in alles gelijk. Hij kwam naar deze verloren en gebroken wereld en komt naast ons staan. Hij vraagt ons niet om op te klimmen naar de hemel, maar Hij daalt van de hemel af naar de aarde. Het enige wat Hij van ons vraagt is: klem je aan Mij vast door het geloof! Dan zal ik je uit deze put brengen in het geluk van het eeuwige leven. Dat Jezus in staat is om dat te doen heeft Hij laten zien door Zijn opstanding uit de dood. Een nieuw leven met God is niet alleen een droom, maar wordt werkelijkheid wanneer we ons door het geloof aan Jezus vastklemmen en op Hem vertrouwen. Jezus is de enige Die ons de garantie kan geven van een eeuwige gelukkige toekomst in de herstelde gemeenschap met onze Schepper! Het christelijke geloof is absoluut uniek!  [MV2] 

Tot slot

Jezus heeft tijdens Zijn leven belangrijk onderwijs gegeven over het geloof. Voor Nicodemus zijn deze lessen over het geloof tot zegen geweest. Later zal hij het opnemen in het Sanhedrin voor Jezus (Johannes 7:50-51). En nog later lezen we van hem dat hij zijn liefde tot Jezus bewijst bij de begrafenis van Jezus (Johannes 19:39). Wat betekent het onderwijs van Jezus over het geloof voor jou?

De uitleg van de Bijbel,
speciaal voor kinderen

Ga naar ontdek de bijbel voor kinderen
Ontdek de bijbel voor kinderen

Vragen over de Bijbel? Stel ze gerust!

We kunnen ons voorstellen dat er vragen bij je bovenkomen tijdens je ontdekkingstocht. Als wij je kunnen helpen dan doen we dat graag.

Laat een reactie, opmerking of vraag achter via ons contactformulier. Dan zullen we daar zo snel mogelijk op antwoorden.

Stel je vraag